Paul schrijft bijna zijn hele leven al, met tussenpozen.
Hij is weer gaan schrijven naar aanleiding van de Emmaüs wandeling op papier, met Pasen
Elke maand wil hij graag een rondeel gedicht met ons allemaal delen.
Een rondeel is een (rijmend) gedicht van 8 regels waarin versregels 1, 4 en 7 hetzelfde zijn, net als versregels 2 en 8. De herhaling is het belangrijkste kenmerk van een rondeel gedicht.
Probeer maar eens uit, je komt tot de kern.
Het rondeel was vooral populair in de middeleeuwen en dan vooral bij dichters die deel uitmaakten van een rederijkerskamer. Het schijnt dat destijds rondelen vooral werden gezongen. Wij kunnen daar wel iets bij voorstellen, want een rondeel leent zich prima om de regels die zich herhalen mee te blèren.
Tegenwoordig zijn er nog maar weinig dichters die rondelen schrijven, behalve Paul dan.
Hierbij de eerste:
Vermoeid en belast
Mag ik tot U komen
Straks bij U wonen
Vermoeid en belast
Beschadigd, bekrast
Maar zonder schromen
Vermoeid en belast
Mag ik tot U komen.